Verwarring
de laatste stukjes wildernis
in jou
worden zorgvuldig bejaagd
ze zijn ernstig bedreigd
en bedreigend, concurrerend
met het maakbare geluk
zintuigen die herinnerd worden
aan pure wilde instincten
ze herkennen iets, worden wakker
je vliegtuigticket op zak
je roots elsewhere
ruik je een nieuw soort heimwee
© 2010
Van eigen bodem
niet als ik schoffel en wied
zaai en oogst
sjouw en vertimmer
maar in de vrije tijd
zoek ik naar vragen
op antwoorden, en andersom
als ik snoei en zaag
opbind en verspeen
ben ik één
verkeer ik
met de egel en de mol
in een veld van antwoorden
prikkelend en diepgravend
© 2011
Vondsten
lopend in de voetsporen
van hen die hun handelingen
wisten te volmaken
ondanks dat zij hun tijd
niet meehadden
dwaalde hij af naar
een leven lang aren lezen
waar hij een woordenschat vond
die hij al gauw weer begroef
in diezelfde grond
onbelangrijk de vraag
of het er toe doet
welk universum –
vandaag is er weinig keus
de afbraak bracht hem
onwennig tussen
gereedschappen en kraaien
crofter zou hij zichzelf
kunnen noemen, maar hij
benoemd enkel de anderen
© 2010
Onverwacht
blijf daar niet staan
ga zitten, trek je jas uit
of andersom
wacht, ik haal even
nee, kom verder
ben zo terug
ik kom er aan
© 2010
Adresje
uit een vliegenzwerm
op afstandsbediening
is een vlieg neergestreken
de bel
ze klikt nog even door
op haar scherm
voor ze overeind komt
de plastic hoorn, druk op knop
nasale zoem beneden hoorbaar
klik van metaal op metaal
het weerkaatsen van rubber
dat met regelmaat beton raakt
hij zal nu de onbestemde geur ruiken
die hier al een halve eeuw hangt
en de vettige walm uit de doos
de deurbel met de veer
de ontknoping nadert
© 2010
Veertig (zeg maar je)
ijsberen is leeftijdsgebonden
alleen is maar alleen
een zinnetje dat nazeurt
wie zegt zoiets
samenzweren over oudere ouders
we kunnen al boekdelen spreken
en weten wat we
achter moeten houden
(vergeten wat we
achter zullen laten)
nu zijn we aanbelandt bij
als we later groot zijn
ik ben door de wol geverfd
een aangeboren afwijking
met vervangende schaamte
kijk ik in een scheerspiegel
de nieuwe garde
passeert mij
over de onbegaanbare wegen
die ik heb gebaand
ik lig in de lijn der verwachtingen
we zoeken een roestplek
in de boomhut
van ons kroost
en van de doden
de afvalligen
die liefdesdieven
niets dan goeds
© 2010
Over pijn zingen
sappeur voor de liefde
in haar loopgraven
te sterven –
bedenk me net
dat mijn getekend zijn
het gevolg is van een
(min of meer)
oprechte strijd
aangaande de liefde
toch nog een held
© 2010
Hand en span
Het zit in m'n tasje –
wil jij 't even pakken?
Het was alsof ik plots
de rits van haar avondjurk
mocht sluiten
Met kloppend hart
bewoog ik mijn hand
langs haar spulletjes
preuts en braaf
Ze was vergeten
dat mannen
zelden iets kunnen vinden
Sleutels, een bh-sluiting
een ongestelde vraag –
© 2010
Overdracht
laat die hoogtevrees maar varen
nu je ouder wordt en
de aarde trekt
dringende thema's, die je maar
niet wilde herkennen, worden opnieuw
onder de aandacht gebracht
een bibberend briefje, het trilt
in je linkerhand, alsof je het van
je leesbril vandaan wilt trekken
en het toch onder ogen wilt krijgen
nu of nooit, je houd het
montuur vast, het duurt lang
het moeizaam turen
en nog net herkennen van de zinnen
die iemand erop heeft gezet –
het doorgeven van de wil
is een feit
©2010
Wens
over steden en dorpen vlogen ze
bossen en vlaktes gleden onder hen weg
zij scheerden langs torens en vlak
langs mij – en zo op mijn papier
gewend als ze zijn aan suizende ruimte
leegte en lichtheid, strijken ze neer
en ik ben verrukt en verheugd
dat ze zich, na hun ontsnapping
die zij niet zien als een ontvluchten
hier vertonen, tussen de regels
als op de lijnen van telefonie
die vroeger zo zichtbaar waren
en nu, ongrijpbaar, communicerend
in de luchtige energievelden
waarin ook ik graag weg wil vliegen
in een legitiem escapisme
© 2010
Abonneren op:
Posts (Atom)